Het USADA mag de aanklacht tegen Lance Armstrong voor vermeend dopinggebruik verderzetten. Dat heeft een onafhankelijk comité, de zogenaamde Anti-Doping Review Board, vrijdag beslist.
De zevenvoudige Tourwinnaar wordt nu formeel beschuldigd van dopinggebruik tussen 1998 en 2011. Het comité, dat bestaat uit drie leden die niet verbonden zijn aan het USADA, baseerde zich voor de beslissing enkel op de schriftelijke stukken die beide partijen hadden overgemaakt. Daarin vond het voldoende bewijs van dopinggebruik om een procedure op te starten. Armstrong heeft nu recht op een hoorzitting, ten laatste op 22 november, voor een onafhankelijke rechtbank.
"De Anti-Doping Review Board heeft na een grondige evaluatie deze beslissing unaniem genomen", stelt het USADA in een reactie. "Alle betrokkenen hebben nu recht op een hoorzitting waarop het bewijsmateriaal aan bod zal komen (...) en onafhankelijke rechters zullen een oordeel vellen in deze zaak."
Het USADA verdenkt Armstrong van dopinggebruik tijdens zijn comeback in 2009-2010. In bloedstalen zouden sporen van epo en bloedtransfusies zijn teruggevonden. Het USADA zou daarnaast over getuigenissen beschikken die The Boss, de Italiaanse arts Michele Ferrari, Johan Bruyneel en drie andere trainers linken aan een grootschalig dopingnetwerk bij het toenmalige US Postal-team.
Armstrong en Bruyneel, destijds ploegleider van de Amerikaan en nu manager bij RadioShack-Nissan Trek, hebben de beschuldigingen al ontkend. Bruyneel gaat omwille van de procedure niet naar de Tour, Armstrong mag zolang de zaak loopt niet starten in triatlons, de sport waarop hij zich na zijn afscheid van het wielrennen opnieuw had toegelegd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten